Een werkneemster is in dienst gekomen bij een werkgever, als directeur. Nadat de werkgever in 2012 failliet is verklaard, heeft de curator de arbeidsovereenkomst met de werkneemster opgezegd. De werkneemster heeft vervolgens bij het UWV een faillissementsuitkering op grond van de WW aangevraagd. Deze is haar geweigerd. Volgens de Centrale Raad van Beroep in een oordeel van 15 oktober 2014 is dit terecht. Er is immers geen sprake van een gezagsverhouding en de werkneemster kan hierdoor niet als werknemer in de zin van de WW worden aangemerkt.