In een uitspraak van 3 december 2004 (JAR 2005, 30) oordeelde de Hoge Raad dat voor het bepalen van de hoogte van de schadevergoeding van artikel 7:681 BW bij kennelijk onredelijk ontslag alle omstandigheden van het geval relevant zijn.
Schadevergoeding op grond van kennelijk onredelijk ontslag
Feiten
De werknemer is op 10 mei 1971 in dienst getreden bij de werkgever in de functie van magazijnbeheerder. Hij heeft zich op 2 maart 1998 ziek gemeld. Aan de werkgever is op 30 mei 2000 door de RDA een ontslagvergunning verleend, waarop bij brief van 23 juni 2000 de arbeidsovereenkomst met
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.