Het restaurant waar een werkneemster werkzaam is, moet in verband met de coronacrisis sluiten. De werkgever gaat echter verder als afhaalrestaurant, maar de werkneemster wenst hier niet aan mee te werken. Wanneer de werkgever haar vervolgens geen loon meer doorbetaalt, stelt de werkneemster voor de kantonrechter een loonvordering in. De kantonrechter oordeelt dat het feit dat de werkgever zijn restaurant moest sluiten als gevolg van de coronacrisis in beginsel voor zijn rekening komt. Hij moet dus de werkneemster doorbetalen. Maar nu de werkneemster geweigerd heeft werkzaamheden te verrichten in het