Een werknemer werkt bij een werkgever op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd met daarin een relatiebeding. De werkgever leent vervolgens de werknemer uit aan een derde. Tussen de werkgever en deze derde (de inlener) bestaat een raamovereenkomst. Hierin is bepaald dat gedurende de opdracht en binnen een jaar daarna de inlener geen werknemers van de werkgever in dienst zal nemen. Maar de werknemer wenst wel in dienst te treden bij de inlener. De werkgever verzet zich hier vervolgens tegen. De Kantonrechter te Amsterdam schorst echter in zijn uitspraak van 2 februari 2001 het relatiebeding en het beding in
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.