De arbeidsovereenkomst met een werkneemster wordt met toestemming van de CWI opgezegd op bedrijfseconomische gronden. Hoewel de kantonrechter Heerlen van mening is dat de werkgeefster de werkneemster niet onheus heeft bejegend, en er in die zin dus geen sprake is van kennelijke onredelijkheid, vindt de kantonrechter wel dat een vorm van financiële nazorg nodig is. Om de hoogte van de vergoeding te bepalen, zoekt hij in zijn uitspraak van 23 augustus 2006 aansluiting bij de kantonrechtersformule.