In artikel 44 WAO is geregeld hoe moet worden omgegaan met inkomsten uit arbeid tijdens het genieten van een WAO-uitkering als niet zeker is dat iemand wel de passende arbeid als bedoeld in artikel 18, lid 5 WAO kan verrichten. Er vindt dan geen echte schatting plaats, maar een fictieve schatting. Het materiële resultaat is hetzelfde, maar voor de betrokkene is het voordelig om een fictieve schatting te doen, omdat hij dan zonder wachttijd te hoeven doormaken meteen weer op het oude arbeidsongeschiktheidspercentage kan worden gezet als mocht blijken dat hij toch de passende arbeid niet kan verrichten. Als iemand
Log in of activeer deze boektitel om verder te lezen.
Om het hele document te lezen moet u eerst inloggen of deze boektitel activeren.